Maximale aandacht voor de bodem
Het is duidelijk merkbaar dat telers zich maximaal willen inspannen om bodemvruchtbaarheid en -gezondheid te stimuleren en de bodemstructuur te sparen. Er is en wordt geïnvesteerd in lage druk tijdens de veldwerkzaamheden, vlaklegging en drainage. Zo wordt er ook veel organische stof toegevoegd in de vorm van vaste mest, bodemverbeteraars, gewasresten (stro) en worden er groenbemesters gezaaid.
Totaalbeeld
Er wordt sinds een aantal jaren veel aandacht besteed om het meten van biologische bodemvruchtbaarheid mogelijk te maken. De nu bekende methodes richten zich veelal op specifieke (groepen) organismen waardoor een totaalbeeld van de bodemvruchtbaarheid lastig is vast te stellen. Met verschillende wormensoorten kan bijvoorbeeld de bodemkwaliteit in kaart gebracht worden.
Bodemleven stimuleren
Toch is er nog meer mogelijk om het reeds aanwezige bodemleven te stimuleren met name de schimmels en bacteriën. De ervaringen van een groeiende groep telers die hiermee aan de slag zijn gegaan zijn ronduit positief en uit te drukken in een hogere opbrengst van de teelten. NeOsol is zo’n product dat bodembacteriën en schimmels voedt. Daarnaast geeft een intensievere en diepere beworteling.
Ervaringen uit de praktijk
We zien in de praktijk dat het meerjarige gebruik van NeOsol wel degelijk een effect heeft op de bodemstructuur. Door het gebruik van NeOsol zien we een betere vertering van organisch restmateriaal zoals stro. Ook heeft het een positief effect op beworteling. Het geeft een diepere laag aan wortels van 30 – 80 cm. Dit geldt voor een toepassing van drie jaar en volgende jaren.
Hoe toepassen?
Strooien vindt plaats van augustus tot eind oktober na de oogst of over het (nog te oogsten) gewas. Strooibaar tot 36 meter met een kunstmeststrooier. Het product is binnen een week in de grond opgelost. Inwerken is niet noodzakelijk, maar bij voorkeur strooien voor het inzaaien van groenbemesters.
Meer informatie over de toepassing en werking? Klik hier.