Vrijlevende wortelaaltjes onder de loep

Met de huidige droogte is het bijna niet meer voor te stellen dat het een koud en nat voorjaar was. Het effect van deze periode wordt nu wel goed zichtbaar. Vooral op de lichtere klei-, zavel- en zandgronden zien we redelijk wat schade van vrijlevende wortelaaltjes (Trichodorus spp). Dit leidt niet alleen tot opkomstproblemen in suikerbieten en vertakte bieten, maar ook in aardappelen en schade in uien. Percelen met onregelmatige plekken met gezonde en zwakke planten zijn een typisch schadebeeld van vrijlevende wortelaaltjes.

Gevolg van vrijlevende wortelaaltjes

Vrijlevende aaltjes tasten de wortels aan door ze van buiten aan te prikken voor voeding; ze dringen de wortels niet binnen. Planten reageren hier weer op door nieuwe zijwortels aan te maken, waardoor een bossig wortelstelsel ontstaat. Naast opbrengstderving is er ook kans op kwaliteitsderving aangezien vrijlevende wortelaaltjes het tabaksratelvirus (TRV) kunnen overbrengen.

Perfecte omstandigheden

Afgelopen voorjaar kwam het grondwater hoog te staan, waardoor de vrijlevende aaltjes naar bovenkwamen. Het aaltje doet het goed onder koele en vochtige omstandigheden. Een nat voorjaar en najaar zijn omstandigheden waarin de aaltjes zich op waardplanten goed kunnen vermeerderen.

Beheersing

Vrijlevende aaltjes zijn lastig te beheersen, gezien ze veel waardplanten hebben waar ze zich op vermeerderen. Daarom is het belangrijk om te zorgen voor een goede onkruidbeheersing. De samenstelling en rotatie van het bouwplan is ook van belang; al zijn er veel gewassen die dit aaltjes vermeerderen. Bij het bouwplan horen ook groenbemesters. Via Best4Soil kun je nagaan welke verschillende aaltjes op welke gewassen zich vermeerderen en schade aanrichten. Voor het vrijlevende aaltje is dit lastig genoeg ook de meeste groenbemesters. Natuurlijk braak leggen van het land is de beste methode om aaltjes te laten afnemen in aantal. Daarnaast zijn er verschillende grondontsmettingsmogelijkheden, maar daar zitten haken en ogen aan.

Positief effect

Voor aardappelen zit er verschil in rasgevoeligheid wat betreft TRV, dus dit is ook iets om rekening mee te houden. Later zaaien wanneer de vochttoestand weer is gedaald, is ook een mogelijkheid, al zorgt dit misschien voor een grotere opbrengstderving. Een hoger organisch stofgehalte kan positief uitpakken voor beheersing van vrijlevende aaltjes. Dit komt waarschijnlijk doordat organische stof het voedsel is voor het bodemleven en onder andere ook indirect aaltjesetende nematoden stimuleert die vrijlevende aaltjes opeten. Op gronden met een lage pH richten vrijlevende aaltjes ook meer schade aan, zorg dus dat de pH van de bodem op orde is.

Monitoring

Het blijft lastig om vrijlevende aaltjes te beheersen. Daarnaast zijn er in sommige gevallen meerdere schadelijke aaltjes aanwezig, die weer andere waardplanten als voedselbron hebben. Oplossen van het probleem met het ene aaltje, kan het probleem met het andere aaltje vergroten. Daarom is monitoring ontzettend belangrijk om een idee te hebben wat er gebeurt en hoe je telkens kunt bijsturen.